Wel of geen dampremmer toepassen bij vlasisolatie?

Leestijd: < 1 minuut

Wat is een dampremmer en hoe werkt dit samen met vlasisolatie?

Een dampremmer is een bouwtechnische laag die ervoor zorgt dat de doorgang van waterdamp vanuit de binnenruimte naar de constructie sterk wordt vertraagd. Dit is belangrijk omdat waterdamp die in de constructie terechtkomt kan afkoelen en condenseren. Wanneer dit gebeurt, ontstaat er vochtophoping in isolatiemateriaal, hout of andere bouwdelen. Dit kan leiden tot schimmelvorming, houtrot of verminderde isolatiewaarde.

Bij het toepassen van vlasisolatie, zoals de producten van Isovlas, is het daarom essentieel om goed te begrijpen wanneer een dampremmer wel en wanneer deze niet nodig is. Vlas is namelijk van nature dampopen en vochtregulerend. Dat betekent dat het materiaal in staat is vocht tijdelijk op te nemen en later weer af te staan. Dit draagt bij aan een gezond en comfortabel binnenklimaat. Toch zijn er situaties waarin het verstandig of zelfs noodzakelijk is om een dampremmer toe te passen, om de levensduur en effectiviteit van de isolatie te waarborgen

Wanneer is een dampremmer noodzakelijk bij vlasisolatie?

Hoewel vlas veel vocht kan reguleren, zijn er omstandigheden waarin extra bescherming nodig is.

  1. Na-isolatie van binnenuit met dampdichte buitenlagen
    Wanneer een dak of gevel aan de binnenzijde wordt geïsoleerd terwijl de buitenzijde is afgewerkt met een dampdichte laag (bijvoorbeeld bitumendakbedekking of EPDM-folie), kan vocht niet naar buiten ontsnappen. In dat geval is het belangrijk om een dampremmer aan de binnenzijde toe te passen, zodat vochtige lucht uit de binnenruimte niet in de constructie trekt en daar problemen veroorzaakt.
  2. Ruimtes met een hoge luchtvochtigheid
    Keukens, badkamers en wasruimtes zijn typische plekken waar veel waterdamp ontstaat. Wanneer hier vlasisolatie wordt toegepast, kan een dampremmer nodig zijn om te voorkomen dat vocht in de constructie condenseert. Zo blijft de isolatie droog en behouden de bouwmaterialen hun kwaliteit.
  3. Specifieke bouwconstructies
    In bepaalde bouwmethoden, zoals houtskeletbouw met een dampdichte buitenafwerking, is de kans op vochtproblemen groter. In zulke situaties zorgt een dampremmer aan de warme zijde van de constructie ervoor dat vocht geen kans krijgt om op te hopen in de isolatie.

Wanneer is een dampremmer niet nodig bij vlasisolatie?

Het gebruik van een dampremmer is niet in alle gevallen noodzakelijk. Integendeel: er zijn situaties waarin het zelfs beter is om deze achterwege te laten.

  1. Dampopen en geventileerde constructies
    Wanneer een dak of gevel dampopen is opgebouwd, kan vocht vanzelf naar buiten toe ontsnappen. Denk bijvoorbeeld aan een pannendak met een dampdoorlatende onderlaag of een gevel die is afgewerkt met natuurlijke materialen zoals hout of kalkpleister. In dat soort constructies is een dampremmer niet nodig, omdat de natuurlijke eigenschappen van vlasisolatie al voldoende bescherming bieden.
  2. Goede ventilatie
    In woningen of gebouwen met een goed ventilatiesysteem kan vochtige lucht snel worden afgevoerd. Hierdoor ontstaat minder risico op vochtproblemen, en kan vlasisolatie zonder dampremmer optimaal functioneren.
  3. Geen dampdichte buitenlagen
    Wanneer de buitenzijde van een constructie niet is voorzien van dampdichte materialen, kan vocht op een natuurlijke manier ontsnappen. Hierdoor kan de isolatie zonder dampremmer worden toegepast.

De rol van de Sd-waarde

Een belangrijke technische term bij dampremmers is de Sd-waarde. Deze waarde geeft aan hoe dampdoorlatend of dampremmend een materiaal is. Hoe hoger de Sd-waarde, hoe minder waterdamp erdoorheen kan.

  • Vlasisolatie van Isovlas heeft een lage Sd-waarde, wat betekent dat het materiaal sterk dampopen is en uitstekend vocht kan reguleren.
  • In sommige toepassingen, zoals bij na-isolatie van binnenuit, kan het nodig zijn om een folie met een hogere Sd-waarde toe te passen. Deze wordt altijd aan de warme zijde van de constructie geplaatst om condensatie te voorkomen.

Door de juiste Sd-waarde te kiezen in combinatie met vlasisolatie, wordt een optimale balans bereikt tussen isolatie, vochtregulatie en bescherming van de constructie.

Praktische voorbeelden

  • Voorbeeld 1: een schuin dak met dakpannen en dampopen folie
    Hier kan vlasisolatie zonder dampremmer worden toegepast, omdat vocht kan ontsnappen.
  • Voorbeeld 2: een plat dak met bitumendakbedekking
    In dit geval is een dampremmer aan de binnenzijde essentieel, omdat de buitenzijde dampdicht is.
  • Voorbeeld 3: badkamer in houtskeletbouw
    De combinatie van hoge luchtvochtigheid en kans op dampdichte buitenafwerking maakt een dampremmer noodzakelijk.

Een dampremmer is geen standaard vereiste bij het toepassen van vlasisolatie. Het hangt volledig af van de opbouw van de constructie, de ventilatievoorzieningen en de luchtvochtigheid in de ruimte. Dankzij de dampopen eigenschappen van vlas kan in veel gevallen zonder dampremmer worden gewerkt, wat een groot voordeel is ten opzichte van minder ademende isolatiematerialen.

Wanneer er echter sprake is van dampdichte buitenlagen of hoge luchtvochtigheid, biedt een dampremmer de noodzakelijke bescherming om vochtproblemen en prestatieverlies te voorkomen.

Hulp nodig bij jouw situatie?

De toepassing van dampremmers in combinatie met vlasisolatie is maatwerk. Elke bouwsituatie is anders en vraagt om een specifieke aanpak. Heb je vragen over de juiste toepassing in jouw project? Neem dan contact met ons op via het contactformulier. De specialisten van Isovlas helpen je graag bij het vinden van de beste en meest duurzame oplossing voor jouw bouw- of renovatieproject.